Niets is moeilijker dan op het moment het politieke spel doorgronden. De belangen van de vele spelers zijn niet openbaar, de onderlinge afhankelijkheid ligt vaak buiten het publieke oog en gedurende het spel worden de kaarten vaker opnieuw geschud dan men lief is. Europa heeft veel te maken met een verstrengeling van politiek, economie, religie en macht. De geschiedenis geeft ons inzichten hoe de zaken met elkaar verbonden zijn. Voor de huidige situatie kent Europa een historisch voorbeeld, het Heilige Roomse Keizerrijk van Karel V ten tijde van de Reformatie.

De situatie gedurende de regeerperiode van Karel de Vijfde (van Habsburg) is er één van onderlinge spanningen en de vraag wie is de sterkste van de regio. Karel regeert over een enorm grondgebied dat wij nu zouden omschrijven als Nederland, België, Duitsland, Zwitserland, Oostenrijk, Spanje, zuidelijke Italië, Sardinië, Corsica en de Spaanse grondgebieden in Zuid-Amerika. Zijn macht is alleen niet absoluut. In de Duitse gebieden is hij hoofd van de Bondsdag, een vergadering van de vele Duitse vorsten die ieder zelfstandig regeren over hun grondgebieden, in de Nederlanden had hij te maken met de Staten Generaal in Den Haag en de vele vrije steden. Ook in Spanje is hij afhankelijk van de lokale edelen, net als in Italië. En zijn kroon dankt hij aan de paus. Zijn keizerskroon wordt in twijfel getrokken door de Franse koning Francois I, die ook een grote kanshebber was. Daarnaast ruziet hij met de paus over wie de hoogste macht is, de paus of de keizer. En aan de oostzijde van zijn rijk staan de Turken voor de poorten die een succesvolle opmars kennen door Europa. En in de Nederlandse en Duitse steden komt een groeiende groep aan de macht die voor een protestantse geloofsvisie strijd. Zij willen meer zeggenschap over deze geloofskeuze, net als vele boeren in de Duitse staten.

Deze politieke situatie kun je in grote lijnen vergelijken met het huidige Europa. Ursula von der Leyen is de machtige en tevens machteloze Europese president. Naast haar staat het Europese parlement dat eveneens machtig en onmachtig is, de Europese commissarissen en de vele Europese presidenten en premiers. Allen ook hier afhankelijk van parlementaire afspraken. Von der Leyen heeft de moeizame taak om een stevige politiek te voeren richting Rusland, terwijl meerdere Europese deelstaten liever zelf keuzes maken. Verander hier de relatie Rusland met de relatie tot het geloof en je hebt een gelijksoortige situatie als tijdens de heerschappij van Karel V.

De Reformatie draait over een langer lopend probleem binnen de Katholieke Kerk. Kritische denkers binnen de kerk, vooral geleerde monniken, vinden dat de kerkelijke organisatie te veel leeft in rijkdom en weinig oog meer heeft voor het ware geloof en de regels die Jezus predikte. Zij adviseren een meer eenvoudiger kerkelijk leven, een leven dat ook dichterbij de gewone gelovigen staat. De Roomse paus en de curie (het pauselijke ambtenaren apparaat in Rome) ervaren deze zienswijze als een rechtstreekse aanval op de kerk. Deze conclusie moet je verbinden aan de ontwikkelingen in Noord-Europa waarbij steeds meer afsplitsende geloofsgemeenschappen zijn die zich niet meer verbinden met de pauselijke macht en de kerkelijke machtsstructuur.

Die draai van grote groepen inwoners van Noord-Europa tegen de katholieke kerk heeft vooral te maken met de grotere belastingdruk op de pachtgronden van de boeren. De landadel heeft de belasting verhoogd en wil nu dat ook de kerkelijke bezittingen aan hen belasting afdragen. Het beeld ontstaat dan dat de kerk niet alleen op brede voet leeft, maar ook nog meer wil hebben. De lokale kerkbestuurders krijgen dit beeld niet bijgesteld.

En ook hier kunnen wij paralellen trekken met het huidige Europa. Ook nu zijn er bevolkingsgroepen die anders kijken naar Rusland en de Europese politiek. Ook hier is het van belang welke beweegredenen hier achter zitten. Grof gezegd, ook hier zien wij het vertrouwen in de landelijke en Europese politiek en het beeld dat deze politieke lagen alleen voor zichzelf regeren één van de leidende oorzaken zijn.

Ondertussen wil de landadel ook meer invloed op de belastingen, de wetgeving en de keuze van religie. Wanneer Karel V wordt geconfronteerd met een aanvallende Francois I van Frankrijk en hij de Duitse vorsten om hulp vraagt, beloofde hij hen om een concilie bijeen te roepen. Een concilie is een vergadering van bisschoppen, kardinalen en andere kerkelijke afgevaardigden, het concilie heeft een adviserende rol richting de Paus. Karel verwacht dat met dit concilie een open houding ontstaat naar de protestantse vorsten, waardoor de Katholieke kerk zichzelf zou hervormen. Helaas, nadat de oorlog is gevoerd, Karel V gewonnen heeft en de paus onder druk van Karel het concilie bijeen roept, zien de kerkelijke leiders dit als de aanleiding om het protestantisme te veroordelen.

En ook nu zien wij de compromissen en afspraken met dubbele belangen voorbij komen. Hongarije en Slowakije hoeven niet deel te nemen aan de oliestop in 2022 bijvoorbeeld. Maar ook de Europese begroting is al decennia een document dat vol zit met geven en nemen. Een proces dat veel extra problemen brengt op langer termijn. Net zoals hieronder gebeurt bij Karel V.

De volgende oorlogen voor Karel hangen constant samen met deze religieuze spanningen in Europa, waarbij leidende vorsten telkens verschillende geloofsgroepen beloften maken, die later moeilijk uitvoerbaar zijn. Beloften maken schuld en daarmee bouwen de onderlinge spanningen verder op. Ook de Katholieke kerk gaat in de volgende bijeenkomsten van het concilie steeds harder tekeer tegen het protestantisme. De macht van de keizer wordt zwakker en hangt binnen het politieke spel van keizer, paus en lokale vorsten en steden. Voor de gewone mens verandert er uiteindelijk weinig. Na de Vrede van Westfalen (voor ons beter bekend van de Vrede van Munster) in 1648, bijna 90 jaar na het overlijden van Karel V, krijgen de vorsten het recht om de geloofsrichting voor hun domein te bepalen. De gewone man kan weinig anders dan deze keuze opvolgen. Belastingen blijven hoog, de oorlogen blijven komen en West-Europa kent pas een periode van langdurige vrede vanaf 1945.

De periode van 1519 (wanneer Karel tot keizer werd uitgeroepen) tot 1556 (het jaar waarin Karel V definitief aftrad) wordt bepaald door de verstrengelden politieke belangen, waarbij economische verwachtingen en belangen nog niet zijn meegenomen, het politieke spel van Karel V bepaalde. De verschuivende allianties, de steeds veranderende prioriteiten, de onrusten op de achtergrond onder de gewone bevolking en sterke machtsblokken maakten het besturen van zijn keizerrijk vrijwel onmogelijk. Karel besluit in 1554 om af te treden, vooral vanwege zijn persoonlijke gezondheid. Maar zijn aftreden heeft een bijzondere wending, hij deelt zijn rijk op in stukken onder zijn zoon Philips II en zijn broer Ferdinand. Zo kon ieder een deel van de last die Karel V zelf moest dragen, op zich nemen.

Kijk je naar de huidige wereld en politiek, dan is het moeilijk om lopende conflicten te verklaren en vooral om in de toekomst te kunnen kijken. Want naast de zichtbare belangen en acties, zijn er vele belangen op de achtergrond die keuzes van de sleutelfiguren bepalen. Denk dan aan allianties, economische belangen, culturele aannames en verschillen, pijn uit het verleden, religieuze belangen en de persoonlijke posities van de leiders zelf. Voor ons als omstanders, wij zijn deels blind en als groep net zo belangrijk als de zichtbare hoofdrolspelers. De geschiedenis helpt ons om de complexiteit van conflicten, politieke beslissingen en veranderingen in de samenleving te begrijpen, te analyseren en hopelijk bij te sturen naar een vreedzame toekomst. Één conclusie kun je op basis van de geschiedenis altijd trekken: uiteindelijk zal er rust komen, eindigen oorlogen, overleeft er altijd iemand en begint het hele verhaal opnieuw.