Misschien wel een van de meest bekende kunstenaars van dit moment is de Chinese Ai Weiwei. Een maker die niet bang is om met zijn werk tegen heilige huisjes te trappen en strijd voor een rechtvaardige wereld. In het najaar van 2023 organiseert Kunsthal Rotterdam een overzichtsexpositie met een selectie uit zijn oeuvre. Een tentoonstelling die fysiek net past in de zalen van de Kunsthal, waarbij de curatoren ondanks deze beperking, zoveel mogelijk met de bezoeker willen delen.

Het interessante aan Ai Weiwei is zijn constante protest tegen ongelijkheid. Al vanaf het moment van zijn geboorte wordt hij geconfronteerd met de gevolgen van de Chinese revolutie. Zijn ouders worden verbannen en het gezin leeft lange tijd in barre omstandigheden. Wanneer zijn vader Ai Qing wordt gerehabiliteerd (Ai Weiwei is dan 19), blijft het gezin rondzwerven tussen vrienden, omdat hun oude woning was geconfisqueerd. Onderwijs krijgt Ai via privé leraren, aangezien universiteiten gesloten zijn. En als hij afstudeert van de filmacademie (hij behoorde tot de eerste studenten nadat de academie weer open mocht), moet Ai Weiwei illegale exposities organiseren om toch onder de aandacht te komen. Bij zijn handelingen gaat het niet om het systeem omver te werpen, het is overleven binnen een systeem dat hem structureel tegenwerkt. Dat gevoel van stelselmatig tegen gewerkt worden, het onrecht dat hij voelde, daar strijdt Ai Weiwei nog steeds tegen. Niet alleen voor zichzelf, ook voor andere onderdrukten.

De expositie in de Kunsthal neemt je chronologisch mee door de tijd en het leven van Ai Weiwei. Dat maakt dat de eerste werken vooral vragen oproepen. Is dit van die grote maker? Zijn eerste periode in New York vanaf 1983 tot en met 1993 laat werk zien waarbij Ai zeer beïnvloed is door de Dada en neo Dada stromingen. Hergebruik van afval en verwaarloosde materialen en meer snapshot straatfotografie. Je ziet hier vooral een twintiger en dertiger die geniet van het leven in de stad en zeer snel reageert op gebeurtenissen om hem heen.

Als hij in 1993 terugkeert naar China om voor zijn vader te zorgen, wordt hij zich bewust van de beperkingen die kunstenaars was opgelegd. Vrijwel elke handeling die een kunstenaar op dat moment uitvoert is een vorm van protest. Ai wordt een vraagbaak voor Chinese kunstenaars: hoe was het leven in New York? Zijn werk wordt steeds meer een vastgelegde performance. Het werk 'Dropping a Han Dynasty urn' uit 1995 gaat over propaganda, de waarde van een object en macht. Door de vaas actief te laten vallen, geeft Ai de boodschap af dat deze geen waarde heeft. Eenzelfde boodschap geeft hij af door oude vazen te reproduceren en een vaas uit de Tang dynastie te voorzien van het Coca Cola logo. Voor hem gaat dat laatste over het claimen van eigendom.

De bekende meubelstukken die Ai heeft gemaakt, enkele daarvan zijn te zien in de Kunsthal, zijn ook een teken van protest. De prachtige constructiemethode, specifiek voor Chinese houten meubels, gebruikt hij om werken te maken die perfect zijn én onbruikbaar. Het origineel is kapot, alleen je kunt niet zien hoe. Eigenlijk zit dit idee in veel van Ais werk. Ook zijn werk Forever (2013) bestaande uit fietsen laat zien dat het perfect in elkaar zit, alleen onbruikbaar in de oorspronkelijke functie. En ook zijn huis dat hij in 1999 bouwde, is perfect in de eenvoudige constructie alleen niet volgens de Chinese regels. Ai wist bij voorbaat al dat zijn huis en studio niet mochten blijven staan, de vraag was vooral wanneer de sloopopdracht kwam.

De expositie in de Kunsthal eindigt met zijn werk dat vertelt over zijn gevangenschap in China. In 2009 werd Ai Weiwei opgepakt en 24 uur bewaakt met persoonlijke bewakers die bij hem in de cel zaten. Deze ervaring heeft hij verwerkt in een groots kunstwerk in 2013 voor de kunstbiënnale van Venetië, waarbij wij als bezoeker deze vorm van gevangenschap ook kunnen beleven. De opbouw suggereert dat zijn oeuvre eindigt bij 2013. In de zijzaal bevinden zich meer recentere werken die, met uitzondering van Exodus uit 2017, kleiner zijn. Als curator moet je, in dit geval ook noodgedwongen door de beperkte ruimte, harde keuzes maken. De meer recente werken van Ai Weiwei die een grote impact hebben gehad, gelijk aan zijn werk over zijn gevangenisperiode, blijven hierdoor achterwege. Denk bijvoorbeeld aan Law of the Journey uit 2017 met een enorme opblaasboot en mensen die samen vertellen over de vluchtelingencrisis in Europa. Of de film Coronation uit 2020 over de coronapandemie, zijn Fukushima Art Project (2015) over de gevolgen van de tsunami bij Fukushima, zijn hekken in New York (Good Fences Make Good Neighbours, 2017) en zijn architectonische bijdragen zoals het Beijing National Stadium in samenwerking met Herzog & de Meuron (het Vogelnest) uit 2008 vallen buiten de expositie (vooral de architectonische werken laten zien dat Ai een veel bredere maker is dan beeldend kunstenaar alleen). Werken die misschien juist dichter bij onze beleving van urgentie liggen en naar mijn idee veel meer laten zien waarom Ai Weiwei nog steeds een kunstenaar van betekenis is.

De tentoonstelling Ai Weiwei, in search of humanity, valt wezenlijk in de categorie block buster rondom internationaal bekende kunstenaars. De expositie heeft mogelijk daardoor minder diepgang op het waarom van zijn werken in de grotere context van het opkomen tegen een onderdrukkend machtsysteem. Een gevoel dat de meesten van ons in Nederland niet kunnen delen. Dat is denk ik ook de kracht van deze expositie, de bewustwording van de grote vrijheid waarin wij leven.

Ai Weiwei, in search of humanity loopt nog tot en met 3 maart 2024 in de Kunsthal in Rotterdam. Voor meer informatie klik hier.