Is het concentratiekamp de definitieve architectuurtypologie van de 20ste-eeuw? Dit vraagstuk ligt ten grondslaag aan het kunstwerk A Century of European Architecture van de Catalaanse kunstenaar Domènec. Een gedachte die een totaal ander licht schijnt op de architectuurontwikkeling van deze eeuw.

Bouwen volgens een typologie is een typisch 19e-eeuws fenomeen. In deze eeuw kwam met tot het idee dat per functie een specifiek gebouwtype behoorde. De types kregen functiegerichte onderdelen zoals een operatiekamer met alle benodigdheden in een ziekenhuis, een goede afwatering voor een slachthuis en een tuigkamer in de manage. Al in de 18e eeuw vond men specifieke architectuurstijlen passen bij een specifieke functie. Zodoende ontstonden typologische gebouwen, die in vormgeving en functionaliteit een specifieke vorm kregen.

De inrichting was een dergelijk type,  bijvoorbeeld een heropvoedingskamp, een psychiatrische inrichting, gevangenis, sanatorium of een fabriek. Al deze grote complexen bestonden uit verschillende, functie-georiënteerde paviljoens. En vaak opgesteld op het terrein volgens een zeer symmetrische plattegrond, waarbij mannen en vrouwen gescheiden werden en in het midden het directiepaviljoen.

Dat deze typologische opzet ook in het gevangeniswezen werd toegepast, maakte het gevoelig voor meer dictatoriale kampen, de concentratiekampen. Juist doordat de opzet van deze inrichtingen naast een gedachte helende werking hadden, boden zij ook een manier om de patiënten, arbeiders of gevangenen te controleren. En dus gevangen te zetten.

Aan het einde van de 19e-eeuw en begin 20ste-eeuw werden de eerste concentratiekampen gebouwd. Nu niet met het idee dat de gevangenen beter werden, maar met de nadruk op controle. Hierbij was de uitleg in verschillende paviljoens perfect om zo groepen uit elkaar te houden en te controleren. Domènec beargumenteert dat het type concentratiekamp vervlochten is met de 20ste-eeuwse samenleving.

Hij stelt dat de organisatieprincipes van het concentratiekamp vervlochten is met de organisatieprincipes van de natie-staat, dat de neiging heeft om een bevolkingsgroep te segmenteren dat ‘niet past’ in de samenleving. Elke keer wanneer deze politiek tevoorschijn komt, wordt dit ‘afwijkende’ bevolkingsdeel gescheiden van de ‘gezonde’ samenleving. Het liefst in een apart kamp, het concentratiekamp.

Domènec benadrukt in zijn analyse de functionele typologie van het concentratiekamp en analyseert met zijn kunstwerken de vorm van dit type. Want, stelt hij met zijn werk, het concentratiekamp toont zich in allerlei vormen in onze samenleving. En de kunst is, om voorbij te gaan aan de uiterlijke vorm en vooral te zien welke functionele vorm dit architectuurtypologie onderling verbindt.